Wat kijk je?!?!
Rogier Brom
3 mei 2019
Als puberjongen was ik eens in een zwembad. Ik was daar wel vaker, maar herinner me een specifieke keer vrij goed. Tijdens een schoolreisje/feestje/weekend/noem eens een reden voor een bezoek aan een zwembad – dat herinner ik me dan weer niet zo goed – bleek ik een andere jongen te lang aan te kijken. Of ik hem ook echt aankeek, kan ik me niet herinneren, maar blijkbaar keek ik in zijn richting en zocht ik daarmee ruzie. Met een luid ‘Wat kijk je?!?!’ stormde hij op me af en ik maakte me binnen no time uit de voeten. Niks geen fight, keiharde flight. Dat intimidatie iets met je doet, zou een goede reden kunnen zijn dat ik me dit voorval nog herinner.
Ook kunst kan in zekere mate intimiderend zijn. Menig drempel van een galerie, met daarachter een vrijwel lege ruimte, kan te hoog voelen om overheen te stappen als je vervolgens de werken moet gaan bekijken terwijl je je bekeken weet door een behulpzame, maar aanzienlijk hipper dan jij geklede galerie-assistent. Niet dat je daar nou direct fysiek belaagd zal worden, maar intimiderend kan het toch zijn. Ook in een klein, experimenteel zaaltje, waar je zojuist een nog veel experimentelere voorstelling hebt gezien en zo snel mogelijk weg probeert te komen, zodat niemand je kan vragen wat je ervan vond, zul je niet snel fysieke angst voelen. Maar het kan wel intimiderend zijn om het idee te hebben niet de juiste woorden te kennen, die kunnen beschrijven wat je zojuist hebt gezien. Wat dat betreft sloeg de jongen in het zwembad met zijn vraag de spijker op zijn kop, want wat kijk je nou eigenlijk. Of, nog beter, wat doet het kijken met je?
Juist bij kunst is taal van grote waarde. Taal draagt bij aan hoe kunst bij de kijker gaat leven. Hoewel er genoeg kunst is die direct bij de kijker binnenkomt en hem beroert, wordt de ervaring pas echt bijzonder als je deze kunt delen met anderen. Ik ben ervan overtuigd dat wanneer je een ervaring, of inzicht, weet over te dragen aan een ander, je deze nog sterker kan internaliseren. Ik vind het daarom zorgwekkend dat creatieve vakken steeds minder tijd krijgen binnen het onderwijs. Het is van belang om op jonge leeftijd de kracht van kunst en cultuur te leren kennen als iets dat verder gaat dan een instant pleasure, hier enthousiast over te mogen raken, en de woorden te leren vinden om deze beleving met anderen te delen. Als dit niet gebeurt, zal niet alleen het draagvlak voor kunst en cultuur in de samenleving minder worden, maar zal ook diezelfde kracht verschrompelen. Als mensen niet mee kunnen praten, voelen ze zich buitengesloten. Het gaat erom dat we elkaar in onze samenleving vragen kunnen stellen, dat we in gesprek gaan met elkaar. Bijvoorbeeld een vraag waarop het antwoord ons iets leert over de ander en hoe deze persoon de wereld eigenlijk ziet, welke drijfveren en zorgen deze ander kent. Die vraag heeft alles te maken met een interesse in waar de ander naar kijkt: wat kijk je?
Ook kunst kan in zekere mate intimiderend zijn. Menig drempel van een galerie, met daarachter een vrijwel lege ruimte, kan te hoog voelen om overheen te stappen als je vervolgens de werken moet gaan bekijken terwijl je je bekeken weet door een behulpzame, maar aanzienlijk hipper dan jij geklede galerie-assistent. Niet dat je daar nou direct fysiek belaagd zal worden, maar intimiderend kan het toch zijn. Ook in een klein, experimenteel zaaltje, waar je zojuist een nog veel experimentelere voorstelling hebt gezien en zo snel mogelijk weg probeert te komen, zodat niemand je kan vragen wat je ervan vond, zul je niet snel fysieke angst voelen. Maar het kan wel intimiderend zijn om het idee te hebben niet de juiste woorden te kennen, die kunnen beschrijven wat je zojuist hebt gezien. Wat dat betreft sloeg de jongen in het zwembad met zijn vraag de spijker op zijn kop, want wat kijk je nou eigenlijk. Of, nog beter, wat doet het kijken met je?
Juist bij kunst is taal van grote waarde. Taal draagt bij aan hoe kunst bij de kijker gaat leven. Hoewel er genoeg kunst is die direct bij de kijker binnenkomt en hem beroert, wordt de ervaring pas echt bijzonder als je deze kunt delen met anderen. Ik ben ervan overtuigd dat wanneer je een ervaring, of inzicht, weet over te dragen aan een ander, je deze nog sterker kan internaliseren. Ik vind het daarom zorgwekkend dat creatieve vakken steeds minder tijd krijgen binnen het onderwijs. Het is van belang om op jonge leeftijd de kracht van kunst en cultuur te leren kennen als iets dat verder gaat dan een instant pleasure, hier enthousiast over te mogen raken, en de woorden te leren vinden om deze beleving met anderen te delen. Als dit niet gebeurt, zal niet alleen het draagvlak voor kunst en cultuur in de samenleving minder worden, maar zal ook diezelfde kracht verschrompelen. Als mensen niet mee kunnen praten, voelen ze zich buitengesloten. Het gaat erom dat we elkaar in onze samenleving vragen kunnen stellen, dat we in gesprek gaan met elkaar. Bijvoorbeeld een vraag waarop het antwoord ons iets leert over de ander en hoe deze persoon de wereld eigenlijk ziet, welke drijfveren en zorgen deze ander kent. Die vraag heeft alles te maken met een interesse in waar de ander naar kijkt: wat kijk je?
Rogier Brom
Rogier Brom is kunsthistoricus en -socioloog.
eerlijk DELEN
3 mei 2019