(Niet) Normaal
Jibbe Willems
13 maart 2020
Er was de regisseur die me een rol aanbood en voorstelde de bespreking voort te zetten in zijn sauna. Er was de gastdocent die me, scheel van de drank, tussen mijn benen greep. Er waren de ongemakkelijke momenten van fysiek contact, terloops en inwisselbaar, bedoeld ter intimidatie.
Ik probeer hier niet mijn #metoo-momentje te pakken, ik geloof dat mijn ervaringen vrij weinig voorstellen vergeleken met die van anderen, ik wil enkel de omgeving schetsen waarin dit gedrag als relatief normaal werd beschouwd. Het hoorde erbij, in de vrije wereld van de toneelschool. En wij, studenten, wilden graag bij de toneelwereld horen.
Toen de verhalen over intimidatie en machtsmisbruik op toneelscholen naar buiten kwamen – de golf van Amerikaanse #metoo-onthullingen bereikte najaar 2017 de Nederlandse kust – vroegen de reaguurders op internet waarom de medestudenten niet ingegrepen hadden. Wij hadden toch moeten zien wat er aan de hand was? En dat dat niet normaal was!
Nou, nee dus.
Op de toneelschool wilden we allemaal acteur worden, artiest, kunstenaar. We gedroegen ons in de kantine soms alsof we in Fame zaten. Nauwelijks begonnen aan een artistieke loopbaan, voelden wij ons alsof we al midden in het theater stonden. Wisten wij veel, we kwamen net van de middelbare school. De meesten van ons waren nog tieners. Want dat ben je, als je zeventien, achttien, negentien bent. En als tieners, onzeker in een nieuwe wereld, barstend van het verlangen vorm te geven aan ons kunstenaarschap, in deze eerste stappen in onze theatertoekomst, wilde we ons graag gedragen zoals we dachten dat we ons moesten gedragen. Erger nog; toen ik op de toneelschool zat, kon je het hele eerste jaar alsnog afgewezen worden, waardoor je feitelijk een auditie van twaalf maanden doorliep. Afwijken van hoe het hoorde betekende een vroegtijdig einde van je artistieke carrière.
Dus we vonden alles normaal, of deden alsof. Bij het kunstenaarschap hoorde geen preutsheid. Wij waren daar om onze eigen grenzen te doorbreken! Daar hoorden geen burgerlijke conventies bij! Dus douchten we na de bewegingslessen gezamenlijk, jongens en meisjes, studenten en docenten. Dus keken we niet op van vergaande omgangsvormen tussen studenten en (gast)docenten, liefdesbrieven in postvakjes, avances en intimiteiten. Niet zo bekrompen. Het hoort erbij. En er werden toch geen strafbare feiten gepleegd, in dit grijze gebied van volwassenen onder elkaar? Want ja, we waren volwassen mensen. Min of meer. De meesten van ons. Wettelijk gezien. Maar we waren ook onzekere tieners in een wereld waarin we graag thuis wilden horen.
Ik wil hier geen instituten of individuen aan de schandpaal nagelen, ik heb een hekel aan trial-by-media, maar ik wil wel signaleren dat in een atmosfeer zoals die op de toneelschool heerste, dit soort situaties altijd op de loer liggen. Want het waren geen incidenten, het was een cultuur, en je lost het probleem niet op door een enkeling met zonden te overladen en de woestijn in te sturen, ter aflaat van de velen. Zonder institutionele veranderingen is het wachten op herhaling. Dus ik hoop dat #metoo ervoor gezorgd heeft dat opleidingen structureel zorgvuldiger omgaan met hun studenten. Laten we alert blijven.
Maar vooral wil ik iedereen die een kunstopleiding ambieert op het hart drukken: het is niet normaal. Het is niet normaal om grenzen over te gaan die je eigen integriteit schenden. Het is niet normaal om je fysiek of mentaal te laten intimideren of dwingen tot dingen die je niet wil. Het ware kunstenaarschap zit hem niet in het overschrijden van je eigen grenzen, nee, het zit hem juist in het leren kennen en respecteren van je eigen grenzen. Artistieke autonomie betekent niet het volgen van andermans verlangens, maar het luisteren naar je eigen stem. En als die stem je zegt dat iets niet klopt, dan klopt het ook niet. Vertrouw daarop.
Ik probeer hier niet mijn #metoo-momentje te pakken, ik geloof dat mijn ervaringen vrij weinig voorstellen vergeleken met die van anderen, ik wil enkel de omgeving schetsen waarin dit gedrag als relatief normaal werd beschouwd. Het hoorde erbij, in de vrije wereld van de toneelschool. En wij, studenten, wilden graag bij de toneelwereld horen.
Toen de verhalen over intimidatie en machtsmisbruik op toneelscholen naar buiten kwamen – de golf van Amerikaanse #metoo-onthullingen bereikte najaar 2017 de Nederlandse kust – vroegen de reaguurders op internet waarom de medestudenten niet ingegrepen hadden. Wij hadden toch moeten zien wat er aan de hand was? En dat dat niet normaal was!
Nou, nee dus.
Op de toneelschool wilden we allemaal acteur worden, artiest, kunstenaar. We gedroegen ons in de kantine soms alsof we in Fame zaten. Nauwelijks begonnen aan een artistieke loopbaan, voelden wij ons alsof we al midden in het theater stonden. Wisten wij veel, we kwamen net van de middelbare school. De meesten van ons waren nog tieners. Want dat ben je, als je zeventien, achttien, negentien bent. En als tieners, onzeker in een nieuwe wereld, barstend van het verlangen vorm te geven aan ons kunstenaarschap, in deze eerste stappen in onze theatertoekomst, wilde we ons graag gedragen zoals we dachten dat we ons moesten gedragen. Erger nog; toen ik op de toneelschool zat, kon je het hele eerste jaar alsnog afgewezen worden, waardoor je feitelijk een auditie van twaalf maanden doorliep. Afwijken van hoe het hoorde betekende een vroegtijdig einde van je artistieke carrière.
Dus we vonden alles normaal, of deden alsof. Bij het kunstenaarschap hoorde geen preutsheid. Wij waren daar om onze eigen grenzen te doorbreken! Daar hoorden geen burgerlijke conventies bij! Dus douchten we na de bewegingslessen gezamenlijk, jongens en meisjes, studenten en docenten. Dus keken we niet op van vergaande omgangsvormen tussen studenten en (gast)docenten, liefdesbrieven in postvakjes, avances en intimiteiten. Niet zo bekrompen. Het hoort erbij. En er werden toch geen strafbare feiten gepleegd, in dit grijze gebied van volwassenen onder elkaar? Want ja, we waren volwassen mensen. Min of meer. De meesten van ons. Wettelijk gezien. Maar we waren ook onzekere tieners in een wereld waarin we graag thuis wilden horen.
Ik wil hier geen instituten of individuen aan de schandpaal nagelen, ik heb een hekel aan trial-by-media, maar ik wil wel signaleren dat in een atmosfeer zoals die op de toneelschool heerste, dit soort situaties altijd op de loer liggen. Want het waren geen incidenten, het was een cultuur, en je lost het probleem niet op door een enkeling met zonden te overladen en de woestijn in te sturen, ter aflaat van de velen. Zonder institutionele veranderingen is het wachten op herhaling. Dus ik hoop dat #metoo ervoor gezorgd heeft dat opleidingen structureel zorgvuldiger omgaan met hun studenten. Laten we alert blijven.
Maar vooral wil ik iedereen die een kunstopleiding ambieert op het hart drukken: het is niet normaal. Het is niet normaal om grenzen over te gaan die je eigen integriteit schenden. Het is niet normaal om je fysiek of mentaal te laten intimideren of dwingen tot dingen die je niet wil. Het ware kunstenaarschap zit hem niet in het overschrijden van je eigen grenzen, nee, het zit hem juist in het leren kennen en respecteren van je eigen grenzen. Artistieke autonomie betekent niet het volgen van andermans verlangens, maar het luisteren naar je eigen stem. En als die stem je zegt dat iets niet klopt, dan klopt het ook niet. Vertrouw daarop.
Jibbe Willems
Jibbe Willems is toneelschrijver.
Meer over Jibbe Willems?
Kijk op:
http://jibbewillems.net/
eerlijk DELEN
13 maart 2020