De opzwepende melodieën en ritmes van de oriëntaalse dans, versus de kracht en beheersing van de Flamenco. Vloeiend versus staccato. Het mannelijke en het vrouwelijke, verenigd in een dynamisch geheel. Deze week beoefenen we de basisbewegingen van de Egyptische buikdans: circuleren, schommelen en shaken. En de basis van de Flamenco: houding, voetenwerk en armen. Het centrum van gewicht, het bekken, initieert en het bovenlichaam volgt. De twee technieken leren je zowel totaal als geïsoleerd te bewegen en effectief om te gaan met je lichaamszwaartepunt. Improvisatie is het middel, de vereniging van twee werelddansstijlen het doel. Danservaring niet vereist.