We houden ons deze week bezig met de belangrijke aspecten van het fenomeen koorzang: klank, klankkleur van stemgroepen, koorademhaling, frasering, intonatie, zuiverheid, timing, uitspraak en expressie. We zullen een zo homogeen mogelijke koorklank ontwikkelen. Uitgangspunt is een aantal koorwerken en –werkjes uit de (late) Romantiek, het impressionisme en het begin van de twintigste eeuw. Ook kan men zelf stukken meenemen. Dit zingen we met de hele groep en in kleinere bezettingen. Ervaring met koorzang en het kunnen noten lezen worden aanbevolen.