Het gemeenschappelijke doel van elke schilder is om datgene wat hij wil laten zien op een zo geloofwaardig mogelijke manier te doen. Het gemeenschappelijke probleem behelst daarom hoe hij datgene wat in zijn hoofd zit, omzet naar het doek. Zoals hij het ziet en zoals hij denkt dat het gezien moet worden. In deze week beperken we ons als voorbeeld gemakshalve en door de tijd beperkt tot de volgende meesters: Rafaël, Rembrandt, Rothko, Rauschenberg, Richter, Ravensburger en Ross. Aan de hand van deze schilders zullen we op zoek gaan naar clichés en iconen die, uit ons eigen hoofd ontsproten, bij de beschouwer een zo eenduidig mogelijk beeld moeten oproepen.
- Meer van Joncquil de Vries