Tot het op een brillenkoker staat

Eva Gouda
11 juli 2025
‘Alle decadence verraadt zich ’t eerst in het kleurgevoel. […] een ontzettende orgie van de meest rauwe, barbaarsche en felle kleuren, die hij bij elkaar kon smeren. […] sommige van zijn latere stukjes zijn niet meer dan onnoozel, rondweg leelijk jongenswerk.’

Dit schreef Frederik van Eeden, voorman van de Tachtigers, in 1908 over Piet Mondriaan. Het ging hierbij niet eens over zijn tegenwoordig wereldberoemde radicaal abstracte composities met zwarte lijnen en vlakken in rood, geel en blauw. Van Eedens reactie richt zich tot het figuratieve schilderij Molen bij zonlicht, waarop een rood-paarse molen te zien is, die met grove penseelstreken op het doek is gezet en fel afsteekt tegen een lucht van geel en blauw. Of zoals een andere criticus het verwoordde: ‘Een met bloed bedropen molen tegen een geele lucht met gaten als een Zwitschersche kaas.’ Mondriaans poging tot vernieuwing in de schilderkunst werd met groot onbegrip ontvangen. Hij werd niet alleen beschimpt, maar ook weggezet als geestesziek. Iemand die zo schilderde vond men rijp voor het gesticht. Zelfs zijn eigen oom wilde niets meer met hem te maken hebben.

Men was in die tijd gewend aan de ingetogen kleuren van de Haagse School, de gladheid van de academische schilderkunst en het zachte realisme van de impressionisten. Schilderstijlen die men als ‘gewoon normaal’ beschouwde. Maar vergis je niet. Ook Monets vijvers met waterlelies, vandaag de dag het toonbeeld van toegankelijke kunst, werden ooit afgedaan als raar, slordig en amateuristisch. Van Gogh kreeg tijdens zijn leven geen schilderij verkocht en in de 17de eeuw werd Rembrandt gezien als onconventioneel. En kijk ze nu eens. Publiekslievelingen. Trekpleisters. Omarmd door de massa. De kunstenaars die ooit voor gek werden verklaard door de status quo prijken nu op sokken, onderzetters, keukenschorten en brillenkokers.

Twee jaar geleden schoor ik al mijn haar af. Gewoon omdat ik daar zin in had. Sindsdien word ik op straat regelmatig nagekeken, soms zelfs aangestaard. Een vrouw met gemillimeterd haar valt op, ook al ben ik zeker niet de enige met deze coupe. Lang haar is voor vrouwen blijkbaar nog altijd de norm. Waar ik nooit om nagekeken word, is het dragen van een broek. Terwijl vrouwen daar eind 19de eeuw op straat voor werden uitgescholden. Het was onzedelijk en schandalig. Sterker nog, het was illegaal en je kon ervoor worden opgepakt. Nu zijn we eraan gewend. Een vrouw in een broek is niet raar. Een vrouw in een broek is normaal. Maar trekt een man vandaag de dag een jurk of een rok aan… ‘Verwijfd’, ‘walgelijk’, ‘ziek’.

Wat de boer niet kent, dat vreet hij niet. Of nou ja, uiteindelijk wel. Als het maar eerst heel lang door anderen wordt voorgekauwd. Net zo lang tot alles vermalen is tot een makkelijk door te slikken papje. Maar tot die tijd roept vernieuwing onbegrip, angst en woede op. Tot het went. Tot Gerda van hiernaast het ook doet, tot het in elke supermarkt ligt of tot het op een brillenkoker gedrukt staat. Ik vrees dat dit niet snel zal veranderen. Maar mocht je weer eens in een discussie belanden (met een ander of jezelf) over wat normaal dan wel geestesziek is, denk dan eens aan een rood-paarse molen in het zonlicht.
Eva Gouda
Eva Gouda vertaalt maatschappelijke thema’s op lichte wijze naar het (jeugd)theater. Dit doet ze met een scherpe blik en gewapend met humor. Ze studeerde Writing for Performance (2012) aan de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht en schreef o.a. voor Theatergezelschap BonteHond, Het Filiaal Theatermakers, Buro Bannink, Kobra Theaterbureau, Kirsten van Teijn, Klikbeet en De Horde. In 2014 studeerde ze comedy writing in New York en richtte daarna sketchgroep Boesjans op. Haar werk werd genomineerd voor de Prix Europa en de Zilveren Reissmicrofoon. In 2023 won haar stuk POPpulisme de Gouden Krekel voor meest indrukwekkende jeugdtheaterproductie, en in 2025 ontving ze voor ditzelfde stuk de Vertaalprijs.



Meer over Eva Gouda?
Kijk op:
https://evagouda.nl/

eerlijk DELEN