Een schilderij bestaat uit niets meer dan een verzameling vlakken, lijnen en hoeken die samen betekenis geven. De herkenbaarheid van een onderwerp zit ‘m volgens sommigen in één te bepalen toevoeging. Het beeld staat of valt hierbij. Om tot de juiste toevoeging te komen, hanteren sommige schilders de ‘op goed geluk methode’. Anderen nemen de weg van onderzoek. Van Gogh schilderde van zijn zonnebloemen minstens vijf versies. Morandi schilderde zijn hele leven dezelfde flesjes om tot een meesterwerk te komen. Wij bewandelen de gulden middenweg. Van elk schilderij maken we minstens drie versies. Door het dupliceren van ons werk zullen we de noodzakelijkheid van de afzonderlijke beeldelementen heroverwegen en tot keuzes komen die we anders niet zouden maken.
