Noorwegen is een land met veel natuur en weinig mensen. De liederen, die we deze week zingen, zijn nauw verbonden met het Noorse boeren- en herdersleven uit vroegere eeuwen. Zo zijn er ”roep-liederen” (lokk) om de koeien en geiten naar huis te roepen. Er zijn slaapliederen, vertellende ballades en ”stev”: poëzie op melodie gezet. De liederen zijn van grootmoeder op kind mondeling overgeleverd. Daardoor is er weinig bladmuziek van bewaard gebleven en werken we veel op het gehoor. Een goed gehoor is dus belangrijk. Het zijn solo-liederen, gezongen zonder begeleiding, met veel kleine versieringen en tonen die soms iets te hoog of te laag worden geïntoneerd als zogenaamde kwarttonen. Ter afwisseling zingen we ook meerstemmige ensembles.
- Meer van Andrea Wittchen